BasisBijbel

Klaagliederen 1:11-15 BasisBijbel (BB)

11. De bewoners van het land zoeken overal naar eten.Ze ruilen hun sieraden voor brood.Zo hopen ze in leven te kunnen blijven.Zie eens, Heer, wat er van mij is overgebleven!

12. Tegen de mensen die voorbij komen, roep ik:'Kan het jullie dan niets schelen?Niemand is er ooit zo ellendig aan toe geweest als ik.'Dit heeft de Heer mij aangedaan omdat Hij zo woedend op mij was.

13. Hij liet vuur uit de hemel komen.Het verbrandde me tot op het bot.Hij zette een val voor mij op.Hij bedreigde me.De hele dag ben ik ziek en ellendig.

14. Mijn ongehoorzaamheid drukt als een zware last op mij.De Heer straft me er zwaar voor.Ik heb geen kracht meer over. De Heer heeft me in de macht van mijn vijanden gegeven.Ze hebben mij overwonnen.

15. Mijn hele leger is gedood.De Heer bepaalde de dag dat dat zou gebeuren.Hij vertrapte mijn bewoners,zoals druiven in de druivenpers worden vertrapt.