BasisBijbel

Deuteronomium 26:3-14 BasisBijbel (BB)

3. Breng het naar de priester en zeg tegen hem: 'Ik verklaar vandaag voor uw Heer God, dat ik in het land ben gekomen dat de Heer aan onze voorvaders [ Abraham, Izaäk en Jakob ] heeft beloofd.'

4. De priester zal de mand van je aanpakken en bij het altaar van jullie Heer God zetten.

5. Zeg daarna tegen de Heer: 'Mijn voorvader was een Arameeër die op de rand van de dood was. Hij trok met een klein aantal mensen naar Egypte. Daar bleef hij als vreemdeling wonen. Hij werd daar tot een groot en machtig volk.

6. Maar de Egyptenaren mishandelden ons en onderdrukten ons. Ze lieten ons zwaar slavenwerk doen.

7. Toen riepen we tot U, de Heer God van onze voorvaders [ Abraham, Izaäk en Jakob ]. U luisterde naar ons en zag onze ellende.

8. Toen bevrijdde U ons op een machtige manier uit Egypte, met grote rampen en grote wonderen.

9. U bracht ons naar deze plaats en gaf ons dit prachtige, vruchtbare land.

10. Nu breng ik U het eerste deel van de oogst van het land dat U, Heer, aan mij heeft gegeven.' Zet de mand neer bij je Heer God en buig je voor Hem neer.

11. Maak daarna een feestmaaltijd klaar, omdat Hij zo goed voor jou en je familie geweest is. Vier feest en nodig ook de Levieten en de vreemdelingen uit die bij jullie wonen.

12. Houd in het derde jaar een tiende deel van alles wat je oogst apart voor de Heer. Geef het aan de Levieten, de vreemdelingen, de weeskinderen en de weduwen die bij je in de stad wonen. Ze mogen daarvan eten zoveel als ze willen.

13. Zeg tegen de Heer: 'Ik heb het deel dat ik voor U apart had gezet, uit mijn huis weggedaan. Ik heb het aan de Levieten, de vreemdelingen, de weeskinderen en de weduwen gegeven, zoals U mij heeft bevolen. Ik heb mij aan al uw wetten gehouden. Ik ben niets vergeten.

14. Ik heb er niets van gebruikt voor een begrafenismaaltijd. Ik ben er niet aangekomen toen ik onrein was. Ik heb er niets van aan een dode [ in zijn graf mee ]gegeven. Ik heb U gehoorzaamd en alles gedaan wat U ons heeft bevolen.