Statenvertaling

Spreuken 6:11-19 Statenvertaling (SV1750)

11. Zo zal uw armoede u overkomen als een wandelaar, en uw gebrek als een gewapend man.

12. Een Belialsmens, een ondeugdzaam man gaat met verkeerdheid des monds om;

13. Wenkt met zijn ogen, spreekt met zijn voeten, leert met zijn vingeren;

14. In zijn hart zijn verkeerdheden, hij smeedt te aller tijd kwaad; hij werpt twisten in.

15. Daarom zal zijn verderf haastelijk komen; hij zal schielijk verbroken worden, dat er geen genezen aan zij.

16. Deze zes haat de HEERE; ja, zeven zijn Zijn ziel een gruwel:

17. Hoge ogen, een valse tong, en handen, die onschuldig bloed vergieten;

18. Een hart, dat ondeugdzame gedachten smeedt; voeten, die zich haasten, om tot kwaad te lopen;

19. Een vals getuige, die leugenen blaast; en die tussen broederen krakelen inwerpt.