Statenvertaling

Spreuken 22:11-20 Statenvertaling (SV1750)

11. Die de reinheid des harten liefheeft, wiens lippen aangenaam zijn, diens vriend is de koning.

12. De ogen des HEEREN bewaren de wetenschap; maar de zaken des trouwelozen zal Hij omkeren.

13. De luiaard zegt: Er is een leeuw buiten; ik mocht op het midden der straten gedood worden!

14. De mond der vreemde vrouwen is een diepe gracht; op welken de HEERE vergramd is, zal daarin vallen.

15. De dwaasheid is in het hart des jongen gebonden; de roede der tucht zal ze verre van hem wegdoen.

16. Die den arme verdrukt, om het zijne te vermeerderen, en den rijke geeft, komt zekerlijk tot gebrek.

17. Neig uw oor, en hoor de woorden der wijzen, en stel uw hart tot mijn wetenschap;

18. Want het is liefelijk, als gij die in uw binnenste bewaart; zij zullen samen op uw lippen gepast worden.

19. Opdat uw vertrouwen op den HEERE zij, maak ik u die heden bekend; gij ook maak ze bekend.

20. Heb ik u niet heerlijke dingen geschreven van allerlei raad en wetenschap?