Statenvertaling

Romeinen 3:26-31 Statenvertaling (SV1750)

26. Tot een betoning van Zijn rechtvaardigheid in dezen tegenwoordigen tijd; opdat Hij rechtvaardig zij, en rechtvaardigende dengene, die uit het geloof van Jezus is.

27. Waar is dan de roem? Hij is uitgesloten. Door wat wet? Der werken? Neen, maar door de wet des geloofs.

28. Wij besluiten dan, dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt, zonder de werken der wet.

29. Is God een God der Joden alleen? en is Hij het niet ook der heidenen? Ja, ook der heidenen;

30. Nademaal Hij een enig God is, Die de besnijdenis rechtvaardigen zal uit het geloof, en de voorhuid door het geloof.

31. Doen wij dan de wet te niet door het geloof? Dat zij verre; maar wij bevestigen de wet.