Statenvertaling

Richteren 13:11 Statenvertaling (SV1750)

Toen stond Manoach op, en ging zijn huisvrouw na; en hij kwam tot dien Man, en zeide tot Hem: Zijt gij die Man, Dewelke tot deze vrouw gesproken hebt? En Hij zeide: Ik ben het.

Richteren 13

Richteren 13:5-13