Statenvertaling

Psalmen 44:19-26 Statenvertaling (SV1750)

19. (44:20) Hoewel Gij ons verpletterd hebt in een plaats der draken, en ons met een doodsschaduw bedekt hebt.

20. (44:21) Zo wij den Naam onzes Gods hadden vergeten, en onze handen tot een vreemden God uitgebreid,

21. (44:22) Zou God zulks niet onderzoeken? Want Hij weet de verborgenheden des harten.

22. (44:23) Maar om Uwentwil worden wij den gansen dag gedood; wij worden geacht als slachtschapen.

23. (44:24) Waak op, waarom zoudt Gij slapen, HEERE! Ontwaak, verstoot niet in eeuwigheid.

24. (44:25) Waarom zoudt Gij Uw aangezicht verbergen, onze ellende en onze onderdrukking vergeten?

25. (44:26) Want onze ziel is in het stof nedergebogen; onze buik kleeft aan de aarde.

26. (44:27) Sta op, ons ter hulp, en verlos ons om Uwer goedertierenheid wil.