18. (34:19) Koph. De HEERE is nabij de gebrokenen van harte, en Hij behoudt de verslagenen van geest.
19. (34:20) Resch. Vele zijn de tegenspoeden des rechtvaardigen; maar uit alle die redt hem de HEERE.
20. (34:21) Schin. Hij bewaart al zijn beenderen; niet een van die wordt gebroken.
21. (34:22) Thau. De boosheid zal den goddeloze doden; en die den rechtvaardige haten, zullen schuldig verklaard worden.
22. (34:23) De HEERE verlost de ziel Zijner knechten; en allen, die op Hem betrouwen, zullen niet schuldig verklaard worden.