Statenvertaling

Mattheüs 23:29-33 Statenvertaling (SV1750)

29. Wee u, gij Schriftgeleerden en Farizeen, gij geveinsden, want gij bouwt de graven der profeten op, en versiert de graftekenen der rechtvaardigen;

30. En zegt: Indien wij in de tijden onzer vaderen waren geweest, wij zouden met hen geen gemeenschap gehad hebben aan het bloed der profeten.

31. Aldus getuigt gij tegen uzelven, dat gij kinderen zijt dergenen, die de profeten gedood hebben.

32. Gij dan ook, vervult de mate uwer vaderen!

33. Gij slangen, gij adderengebroedsels! hoe zoudt gij de helse verdoemenis ontvlieden?