Statenvertaling

Lukas 1:31-34 Statenvertaling (SV1750)

31. En zie, gij zult bevrucht worden, en een Zoon baren, en zult Zijn naam heten JEZUS.

32. Deze zal groot zijn, en de Zoon des Allerhoogsten genaamd worden; en God, de Heere, zal Hem den troon van Zijn vader David geven.

33. En Hij zal over het huis Jakobs Koning zijn in der eeuwigheid, en Zijns Koninkrijks zal geen einde zijn.

34. En Maria zeide tot den engel: Hoe zal dat wezen, dewijl ik geen man bekenne?