Statenvertaling

Johannes 16:21 Statenvertaling (SV1750)

Een vrouw, wanneer zij baart, heeft droefheid, dewijl haar ure gekomen is; maar wanneer zij het kindeken gebaard heeft, zo gedenkt zij de benauwdheid niet meer, om de blijdschap, dat een mens ter wereld geboren is.

Johannes 16

Johannes 16:20-26