Statenvertaling

Johannes 16:1-7 Statenvertaling (SV1750)

1. Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat gij niet geergerd wordt.

2. Zij zullen u uit de synagogen werpen; ja, de ure komt, dat een iegelijk, die u zal doden, zal menen Gode een dienst te doen.

3. En deze dingen zullen zij u doen, omdat zij den Vader niet gekend hebben, noch Mij.

4. Maar deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat, wanneer de ure zal gekomen zijn, gij dezelve moogt gedenken, dat Ik ze u gezegd heb; doch deze dingen heb Ik u van het begin niet gezegd, omdat Ik bij ulieden was.

5. En nu ga Ik heen tot Dengene, die Mij gezonden heeft, en niemand van u vraagt Mij: Waar gaat Gij henen?

6. Maar omdat Ik deze dingen tot u gesproken heb, zo heeft de droefheid uw hart vervuld.

7. Doch Ik zeg u de waarheid: Het is u nut, dat Ik wegga; want indien Ik niet wegga, zo zal de Trooster tot u niet komen; maar indien Ik heenga, zo zal Ik Hem tot u zenden.