Statenvertaling

Job 37:19-24 Statenvertaling (SV1750)

19. Onderricht ons, wat wij Hem zeggen zullen; want wij zullen niets ordentelijk voorstellen kunnen vanwege de duisternis.

20. Zal het Hem verteld worden, als ik zo zou spreken? Denkt iemand dat, gewisselijk, hij zal verslonden worden.

21. En nu ziet men het licht niet als het helder is in den hemel, als de wind doorgaat, en dien zuivert;

22. Als van het noorden het goud komt; maar bij God is een vreselijke majesteit!

23. Den Almachtige, Dien kunnen wij niet uitvinden; Hij is groot van kracht; doch door gericht en grote gerechtigheid verdrukt Hij niet.

24. Daarom vrezen Hem de lieden; Hij ziet geen wijzen van harte aan.