Statenvertaling

Hebreeën 10:16-24 Statenvertaling (SV1750)

16. Want nadat Hij te voren gezegd had: Dit is het verbond, dat Ik met hen maken zal na die dagen, zegt de Heere: Ik zal Mijn wetten geven in hun harten, en Ik zal die inschrijven in hun verstanden;

17. En hun zonden en hun ongerechtigheden zal Ik geenszins meer gedenken.

18. Waar nu vergeving derzelve is, daar is geen offerande meer voor de zonde.

19. Dewijl wij dan, broeders, vrijmoedigheid hebben, om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus,

20. Op een versen en levenden weg, welken Hij ons ingewijd heeft door het voorhangsel, dat is, door Zijn vlees;

21. En dewijl wij hebben een groten Priester over het huis Gods;

22. Zo laat ons toegaan met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs, onze harten gereinigd zijnde van het kwaad geweten, en het lichaam gewassen zijnde met rein water.

23. Laat ons de onwankelbare belijdenis der hoop vast houden; (want Die het beloofd heeft, is getrouw);

24. En laat ons op elkander acht nemen, tot opscherping der liefde en der goede werken;