Statenvertaling

Filémon 1:1-6 Statenvertaling (SV1750)

1. Paulus, een gevangene van Christus Jezus, en Timotheus, de broeder, aan Filemon, den geliefde, en onzen medearbeider,

2. En aan Appia, de geliefde, en aan Archippus, onzen medestrijder, en aan de Gemeente, die te uwen huize is:

3. Genade zij ulieden en vrede van God, onzen Vader, en den Heere Jezus Christus.

4. Ik dank mijn God, uwer altijd gedachtig zijnde in mijn gebeden;

5. Alzo ik hoor uw liefde en geloof, hetwelk gij hebt aan den Heere Jezus, en jegens al de heiligen;

6. Opdat de gemeenschap uws geloofs krachtig worde in de bekendmaking van alle goed, hetwelk in ulieden is door Christus Jezus.