Statenvertaling

Exodus 30:21-27 Statenvertaling (SV1750)

21. Zij zullen dan hun handen en voeten wassen, opdat zij niet sterven; en dit zal hun een eeuwige inzetting zijn, voor hem en zijn zaad, bij hun geslachten.

22. Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:

23. Gij nu, neem u de voornaamste specerijen, de zuiverste mirre, vijfhonderd sikkels, en specerijkaneel, half zoveel namelijk tweehonderd en vijftig sikkels, ook specerijkalmus, tweehonderd en vijftig sikkels;

24. Ook kassie, vijfhonderd, naar den sikkel des heiligdoms, en olie van olijfbomen een hin;

25. En maak daarvan een olie der heilige zalving, een zalf, heel kunstiglijk gemaakt, naar apothekerswerk; het zal een olie der heilige zalving zijn.

26. En met dezelve zult gij zalven de tent der samenkomst, en de ark der getuigenis.

27. En de tafel met al haar gereedschap, en den kandelaar met zijn gereedschap, en het reukaltaar;