Statenvertaling

2 Samuël 3:13 Statenvertaling (SV1750)

En hij zeide: Wel, ik zal een verbond met u maken; doch een ding begeer ik van u, zeggende: Gij zult mijn aangezicht niet zien, tenzij dat gij Michal, Sauls dochter, te voren inbrengt, als gij komt om mijn aangezicht te zien.

2 Samuël 3

2 Samuël 3:11-23