Statenvertaling

1 Petrus 3:10-14 Statenvertaling (SV1750)

10. Want wie het leven wil liefhebben, en goede dagen zien, die stille zijn tong van het kwaad, en zijn lippen, dat zij geen bedrog spreken;

11. Die wijke af van het kwade, en doe het goede; die zoeke vrede en jage denzelven na.

12. Want de ogen des Heeren zijn over de rechtvaardigen, en Zijn oren tot hun gebed; maar het aangezicht des Heeren is tegen degenen, die kwaad doen.

13. En wie is het, die u kwaad doen zal, indien gij navolgers zijt van het goede?

14. Maar indien gij ook lijdt om der gerechtigheid wil, zo zijt gij zalig; en vreest niet uit vreze van hen, en wordt niet ontroerd;