Statenvertaling

1 Kronieken 6:71-81 Statenvertaling (SV1750)

71. De kinderen van Gerson hadden van de huisgezinnen van den halven stam van Manasse: Golan in Basan en haar voorsteden, en Astharoth, en haar voorsteden.

72. En van den stam van Issaschar: Kedes en haar voorsteden, Dobrath en haar voorsteden,

73. En Ramoth en haar voorsteden, en Anem en haar voorsteden.

74. En van den stam van Aser: Masal en haar voorsteden, en Abdon en haar voorsteden,

75. En Hukok en haar voorsteden, en Rehob en haar voorsteden.

76. En van den stam van Nafthali: Kedes in Galilea, en haar voorsteden, en Hammon en haar voorsteden, en Kirjathaim en haar voorsteden.

77. De overige kinderen van Merari hadden van den stam van Zebulon: Rimmono en haar voorsteden, Thabor en haar voorsteden;

78. En aan gene zijde van de Jordaan tegen Jericho, tegen het oosten aan de Jordaan, van den stam van Ruben: Bezer in de woestijn, en haar voorsteden, en Jahza en haar voorsteden,

79. En Kedemoth en haar voorsteden, en Mefaath en haar voorsteden;

80. En van den stam van Gad: Ramoth in Gilead, en haar voorsteden, en Mahanaim en haar voorsteden,

81. En Hesbon en haar voorsteden, en Jaezer en haar voorsteden.