NBG-vertaling 1951

Spreuken 31:9-21 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

9. open uw mond, oordeel rechtvaardig,verschaf de verdrukte en nooddruftige recht.

10. Een degelijke huisvrouw, wie zal haar vinden?haar waarde gaat koralen ver te boven.

11. Op haar vertrouwt het hart van haar man,het zal hem aan voordeel niet ontbreken.

12. Zij doet hem goed en geen kwaad,al de dagen van haar leven.

13. Zij is bezig met wol en vlasen werkt met vaardige handen.

14. Zij is als de schepen van de koopmanen haalt van verre haar spijs.

15. Zij staat op, als het nog nacht is,zij geeft haar huis het voedsel, haar dienstmaagden haar deel.

16. Zint zij op een akker, dan verwerft zij die,van de verdienste van haar handen plant zij een wijngaard.

17. Zij omgordt haar lendenen met krachten versterkt haar armen.

18. Zij bemerkt, dat haar koophandel gedijt,des nachts gaat haar lamp niet uit.

19. Zij grijpt met haar handen het spinrokkenen haar handen houden de weefspoel.

20. Haar hand breidt zij uit naar de ellendige,haar handen strekt zij uit naar de nooddruftige.

21. Zij vreest de sneeuw niet voor haar gezin,want haar ganse gezin is in scharlaken gekleed.