NBG-vertaling 1951

Spreuken 31:15-20 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

15. Zij staat op, als het nog nacht is,zij geeft haar huis het voedsel, haar dienstmaagden haar deel.

16. Zint zij op een akker, dan verwerft zij die,van de verdienste van haar handen plant zij een wijngaard.

17. Zij omgordt haar lendenen met krachten versterkt haar armen.

18. Zij bemerkt, dat haar koophandel gedijt,des nachts gaat haar lamp niet uit.

19. Zij grijpt met haar handen het spinrokkenen haar handen houden de weefspoel.

20. Haar hand breidt zij uit naar de ellendige,haar handen strekt zij uit naar de nooddruftige.