NBG-vertaling 1951

Richteren 6:15-20 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

15. Maar hij zeide tot Hem: Och, Here, waarmee zal ik Israël verlossen? Zie, mijn geslacht is het geringste in Manasse en ik ben de jongste van mijn familie.

16. En de Here zeide tot hem: Ik ben met u, daarom zult gij Midjan verslaan als was het één man.

17. Toen zeide hij tot Hem: Indien ik genade in uw ogen gevonden heb, geef mij dan een teken, dat Gij het zijt, die met mij spreekt.

18. Ga niet vanhier weg, voordat ik bij U terugkom en de gave die ik ga halen, voor U neerleg. En Hij zeide: Ik zal blijven, tot gij terugkomt.

19. Toen ging Gideon naar binnen en bereidde een geitebokje en ongezuurde broden van een efa meel; het vlees deed hij in een mand en het vleesnat in een pot, en hij bracht het Hem onder de terebint en zette het Hem voor.

20. De Engel Gods zeide tot hem: Neem het vlees en de ongezuurde broden en leg ze op deze rots en giet het vleesnat uit. En hij deed dat.