NBG-vertaling 1951

Richteren 19:1-5 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Nu gebeurde het in die dagen, toen er geen koning in Israël was, dat diep in het gebergte van Efraïm een Leviet als vreemdeling vertoefde, die zich een bijvrouw uit Betlehem in Juda genomen had.

2. Maar zijn bijvrouw werd hem ontrouw en liep van hem weg naar het huis van haar vader te Betlehem in Juda, waar zij vier volle maanden bleef.

3. En haar man maakte zich reisvaardig en ging haar achterna, om op haar gemoed te werken en haar terug te brengen; zijn knecht en een span ezels had hij bij zich. Toen de jonge vrouw hem in het huis van haar vader gebracht had, en haar vader hem zag, ging hij hem verheugd tegemoet.

4. Zijn schoonvader, de vader van de jonge vrouw, hield hem bij zich; en drie dagen bleef hij bij hem; zij aten, dronken en overnachtten daar.

5. Maar op de vierde dag, toen zij vroeg in de morgen waren opgestaan en hij zich gereed maakte om te vertrekken, zeide de vader van de jonge vrouw tot zijn schoonzoon: Verkwik u eerst met een stuk brood en daarna moogt gij vertrekken.