NBG-vertaling 1951

Richteren 15:10-14 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

10. En de mannen van Juda zeiden: Waarom zijt gij tegen ons opgetrokken? Toen zeiden zij: Wij zijn opgetrokken om Simson te binden en hem te behandelen, zoals hij ons behandeld heeft.

11. Daarop daalden drieduizend man uit Juda naar de rotsspleet van Etam af en zeiden tot Simson: Wist gij niet, dat de Filistijnen over ons heersen? Wat hebt gij ons toch aangedaan? Maar hij zeide tot hen: Zoals zij mij behandeld hebben, zo heb ik hen behandeld.

12. Zij zeiden tot hem: Wij zijn gekomen om u te binden en u aan de Filistijnen over te leveren. Maar Simson zeide tot hen: Zweert mij, dat gij zelf mij niet zult neerstoten.

13. Hierop zeiden zij tot hem: Neen, wel zullen wij u binden en aan hen overleveren, maar doden zullen wij u niet. En zij bonden hem met twee nieuwe touwen en voerden hem uit de rotsspleet mee.

14. Zodra hij te Lechi gekomen was en de Filistijnen hem met gejuich tegemoet kwamen, greep de Geest des Heren hem aan en de touwen om zijn armen werden als in het vuur verbrande vlasstengels en zijn banden smolten weg van zijn handen.