NBG-vertaling 1951

Psalmen 57:7-12 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

7. Zij spanden een net voor mijn schreden,zij bogen mijn ziel terneer,zij groeven een kuil voor mijn aangezicht,zij vielen daar middenin. sela

8. Mijn hart is gerust, o God, mijn hart is gerust;ik wil zingen, ja psalmzingen.

9. Waak op, mijn ziel, waak op, harp en citer;ik wil het morgenrood wekken.

10. Ik zal U loven, o Here, onder de volken,ik zal U psalmzingen onder de natiën;

11. want hemelhoog is uw goedertierenheid,tot aan de wolken reikt uw trouw.

12. Verhef U boven de hemelen, o God;uw heerlijkheid zij over de ganse aarde.