NBG-vertaling 1951

Numeri 23:25-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

25. Toen zeide Balak tot Bileam: Als gij het beslist niet vervloeken wilt, dan zult gij het in geen geval zegenen.

26. Maar Bileam antwoordde en zeide tot Balak: Heb ik u niet gezegd: Alles wat de Here zal spreken, dat zal ik doen?

27. Balak dan zeide tot Bileam: Kom toch, ik zal u meenemen naar een andere plaats; misschien zal het in Gods ogen recht zijn, dat gij hem mij vandaar vervloekt.

28. Toen nam Balak Bileam mee naar de top van de Peor, die uitziet over de Wildernis.

29. En Bileam zeide tot Balak: Bouw mij hier zeven altaren en bereid mij hier zeven stieren en zeven rammen.

30. Toen deed Balak, zoals Bileam gezegd had, en offerde een stier en een ram op elk altaar.