NBG-vertaling 1951

Matteüs 13:33-38 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

33. Nog een gelijkenis sprak Hij tot hen: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan een zuurdesem, welke een vrouw nam en in drie maten meel deed, totdat het geheel doorzuurd was.

34. Dit alles zeide Jezus in gelijkenissen tot de scharen en zonder gelijkenis zeide Hij niets tot hen,

35. opdat vervuld zou worden het woord, gesproken door de profeet, toen hij zeide:Ik zal mijn mond opendoen met gelijkenissen, Ik zal verkondigen wat sinds de grondlegging der wereld verborgen gebleven is.

36. Toen liet Hij de scharen gaan en ging naar huis. En zijn discipelen kwamen bij Hem en zeiden: Maak ons de gelijkenis van het onkruid in de akker duidelijk.

37. Hij antwoordde en zeide: Die het goede zaad zaait, is de Zoon des mensen;

38. de akker is de wereld; het goede zaad, dat zijn de kinderen van het Koninkrijk;