NBG-vertaling 1951

Marcus 5:18-26 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

18. En toen Hij in het schip ging, smeekte de bezetene Hem, dat hij bij Hem mocht blijven.

19. Doch Hij stond het hem niet toe, maar Hij zeide tot hem: Ga naar uw huis tot de uwen en bericht hun al wat de Here in zijn ontferming u gedaan heeft.

20. En hij ging weg en begon in de Dekapolis te verkondigen al wat Jezus hem gedaan had, en allen verwonderden zich.

21. En toen Jezus met het schip weder overgestoken was naar de overkant, verzamelde zich een grote schare bij Hem; en Hij was bij de zee.

22. En er kwam een van de oversten der synagoge, genaamd Jaïrus, en toen deze Hem zag, wierp hij zich neder aan zijn voeten,

23. en hij smeekte Hem dringend, zeggende: Mijn dochtertje ligt op haar uiterste; kom toch en leg haar de handen op, dan zal zij behouden worden en in leven blijven.

24. En Hij ging met hem mede en een grote schare volgde Hem en zij drongen tegen Hem op.

25. En een vrouw, die twaalf jaar aan bloedvloeiingen geleden had,

26. en veel doorstaan had van vele dokters en al het hare daaraan ten koste had gelegd en geen baat had gevonden, maar veeleer achteruit was gegaan,