NBG-vertaling 1951

Marcus 5:1-8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. En zij kwamen aan de overkant der zee in het land der Gerasenen.

2. En toen Hij uit het schip ging, kwam Hem [terstond] uit de grafsteden een mens tegemoet met een onreine geest,

3. die verblijf hield in de graven, en niemand had hem meer kunnen binden zelfs niet met een keten,

4. want hij was dikwijls met voetboeien en ketenen gebonden geweest en de ketenen waren door hem stukgetrokken en de voetboeien vernield, en niemand was bij machte hem te bedwingen.

5. En voortdurend, nacht en dag, was hij in de graven en in de bergen, schreeuwende en zichzelf met stenen slaande.

6. En toen hij Jezus uit de verte zag, liep hij toe, viel voor Hem neder,

7. en zeide, roepende met luider stem: Wat hebt Gij met mij te maken, Jezus, Zoon van de allerhoogste God? Ik bezweer U bij God, dat Gij mij niet pijnigt.

8. Want Hij zeide tot hem: Onreine geest, ga uit van deze mens.