NBG-vertaling 1951

Jozua 19:1-10 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

1. Het tweede lot kwam te voorschijn voor Simeon, voor de stam der Simeonieten naar hun geslachten. Hun erfdeel lag midden in het erfdeel der Judeeërs.

2. Zij verkregen in hun erfdeel: Berseba, Seba, Molada,

3. Chasar-Sual, Bala, Esem,

4. Eltolad, Betul, Chorma,

5. Siklag, Bet-Hammarkabot, Chasar-Susa,

6. Bet-Lebaot en Saruchen; dertien steden en haar dorpen.

7. Aïn, Rimmon, Eter en Asan; vier steden en haar dorpen;

8. ook alle dorpen, die rondom deze steden waren, tot aan Baälat-Beër, het Rama van het zuiden. Dit was het erfdeel van de stam der Simeonieten naar hun geslachten.

9. Uit het deel der Judeeërs was het erfdeel der Simeonieten genomen. Omdat het deel der Judeeërs voor hen te groot was, kregen de Simeonieten een erfdeel in hun midden.

10. Het derde lot kwam te voorschijn voor de Zebulonieten naar hun geslachten. De grens van hun erfdeel strekte zich uit tot Sarid.