NBG-vertaling 1951

Job 39:10-15 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

10. Hij lacht om het gewoel der stad,luistert niet naar het geschreeuw van de drijver;

11. hij zoekt de bergen af als zijn weideen speurt naar al wat groen is.

12. Zou de woudos u dienstbaar willen zijn,willen overnachten bij uw kribbe?

13. Kunt gij de woudos met een touw in de vore dwingen?Zal hij achter u de dalgrond eggen?

14. Vertrouwt gij op hem, omdat zijn kracht zo groot is?of laat gij aan hem uw zwoegen over?

15. Rekent gij op hem, dat hij uw koren zal binnenhalenen het naar uw dorsvloer zal samenbrengen?