NBG-vertaling 1951

Jesaja 4:2-4 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

2. Te dien dage zal wat de Here doet uitspruiten tot sieraad en heerlijkheid zijn, en de vrucht des lands tot glorie en luister voor de ontkomenen van Israël.

3. En het zal geschieden, dat wie overgebleven is in Sion, overgelaten in Jeruzalem, heilig zal heten – ieder die in Jeruzalem ten leven is opgeschreven,

4. wanneer de Here het vuil der dochters van Sion zal hebben afgewassen en de bloedvlekken van Jeruzalem daaruit zal hebben weggespoeld door de Geest van gericht en van uitdelging.