NBG-vertaling 1951

Jesaja 2:8-14 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

8. ook is zijn land vol afgoden: voor het werk van eigen handen, voor wat eigen vingers hebben gemaakt, buigt men zich neder.

9. Zo verlagen zich de mensen en vernederen de mannen zich. Vergeef het hun niet.

10. Ga in de rotskloven en verberg u in de grond voor de verschrikking des Heren en voor de luister zijner majesteit.

11. De verwaten ogen der mensen worden vernederd en de trots der mannen wordt neergebogen en de Here alleen is te dien dage verheven.

12. Want er is een dag van de Here der heerscharen tegen al wat hoogmoedig is en trots en tegen al wat zich verheft, opdat het vernederd worde;

13. tegen alle trotse en hoge ceders van de Libanon en alle eiken van Basan,

14. tegen alle trotse bergen en alle hoge heuvels,