NBG-vertaling 1951

Jesaja 14:24-32 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

24. De Here der heerscharen heeft gezworen: Voorwaar, zoals Ik gedacht heb, zó zal het geschieden, en zoals Ik besloten heb, zal het tot stand komen:

25. Ik ga Assur in mijn land verbreken en het op mijn bergen vertreden; dan zal zijn juk van hen worden weggenomen en weggenomen de last van hun schouder.

26. Dit is het besluit dat gemaakt is over de ganse aarde, en dit is de hand die uitgestrekt is over alle volken.

27. Want de Here der heerscharen heeft een besluit genomen; wie zal het verijdelen? En zijn hand is uitgestrekt; wie zal haar afwenden?

28. In het sterfjaar van koning Achaz kwam deze Godsspraak:

29. Verheug u niet, gij gans Filistea, omdat de roede die u sloeg, verbroken is, want uit de wortel der slang zal een adder voortkomen en haar vrucht zal een vliegende draak zijn.

30. Dan weiden de eerstgeborenen der geringen en de armen legeren zich veilig, maar uw wortel doe Ik van honger sterven en uw overblijfsel zal hij doden.

31. Jammer, gij poort; schreeuw, gij stad; sidder, gij gans Filistea! Want uit het noorden komt rook en in de gelederen blijft niemand achter.

32. Wat zal men dan de gezanten des volks antwoorden? Dat de Here Sion gegrondvest heeft en dat daarin de ellendigen van zijn volk zullen schuilen.