NBG-vertaling 1951

Jeremia 5:11-16 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

11. Want volslagen trouweloos handelen tegen Mij het huis van Israël en het huis van Juda, luidt het woord des Heren;

12. zij verloochenen de Here en zeggen: Hij niet! en: Geen onheil zal ons overkomen; zwaard noch honger zullen wij zien.

13. De profeten zullen tot wind worden; geen is er, die door hen spreekt; zó verga het hun!

14. Daarom, zo zegt de Here, de God der heerscharen, omdat gij dit woord spreekt: zie, Ik maak mijn woorden in uw mond tot vuur en dit volk tot hout en het zal hen verteren.

15. Zie, Ik breng over u een volk van verre, o huis Israëls, luidt het woord des Heren; een volk van eeuwen is het, een overoud volk, een volk, waarvan gij de taal niet kent en de spraak niet kunt verstaan;

16. zijn pijlkoker is als een geopend graf, allen zijn het helden.