NBG-vertaling 1951

Jeremia 38:23-27 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

23. Men zal dan al uw vrouwen en uw kinderen uitleiden tot de Chaldeeën en gij zelf zult aan hun macht niet ontkomen, maar door de hand van de koning van Babel zult gij gegrepen worden en deze stad zal met vuur verbrand worden.

24. Toen zeide Sedekia tot Jeremia: Laat niemand weten van dit onderhoud, opdat gij niet sterft.

25. Wanneer de vorsten zullen horen, dat ik met u gesproken heb en bij u komen en tot u zeggen: Deel ons toch mee, wat gij tot de koning hebt gesproken, verberg het voor ons niet, anders zullen wij u doden, en wat heeft de koning tot u gesproken? –

26. dan moet gij tot hen zeggen: Ik legde mijn bede voor de koning neder, dat hij mij niet naar het huis van Jonatan zou laten terugbrengen om daar te sterven.

27. Toen nu al de vorsten bij Jeremia kwamen en hem ondervroegen, gaf hij hun bescheid overeenkomstig al deze woorden die de koning geboden had; daarop lieten zij hem met rust, want de zaak was niet ruchtbaar geworden.