NBG-vertaling 1951

Handelingen 11:16-21 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

16. En ik herinnerde mij het woord des Heren, hoe Hij zeide: Johannes doopte wel met water, maar gij zult met de heilige Geest gedoopt worden.

17. Indien nu God hun op volkomen gelijke wijze als ons de gave heeft gegeven op het geloof in de Here Jezus Christus, hoe zou ik dan bij machte geweest zijn God tegen te houden?

18. En toen zij dit gehoord hadden, kwamen zij tot rust en verheerlijkten God, zeggende: Zo heeft dan God ook de heidenen de bekering ten leven geschonken.

19. Zij dan, die verstrooid werden door de verdrukking, welke in verband met Stefanus plaats vond, trokken verder tot Fenicië, Cyprus en Antiochië toe, zonder tot iemand het woord te spreken dan alleen tot de Joden.

20. Doch er waren onder hen enige Cyprische en Cyreense mannen, die, te Antiochië gekomen, ook tot de Grieken spraken en hun de Here Jezus predikten.

21. En de hand des Heren was met hen, en een groot aantal kwam tot het geloof en bekeerde zich tot de Here.