NBG-vertaling 1951

Genesis 18:3-10 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

3. en hij zeide: Mijn heer, indien ik uw genegenheid gewonnen heb, ga dan niet aan uw knecht voorbij.

4. Laat toch een weinig water gehaald worden, en wast uw voeten en vlijt u neder onder de boom;

5. dan wil ik een bete broods gaan halen, opdat gij uw hart versterkt; daarna kunt gij verder trekken; daartoe zijt gij immers langs uw knecht getrokken? En zij zeiden: Doe zoals gij gesproken hebt.

6. Toen spoedde Abraham zich naar de tent tot Sara, en zeide: Haast u! Drie maten fijn meel! Kneed het en bereid koeken!

7. En Abraham liep naar de runderen, nam een kalf, mals en goed, en gaf het aan een knecht, en deze haastte zich om het te bereiden.

8. Ook nam hij boter en melk en het kalf, dat hij bereid had, en zette het hun voor; en hij stond onder de boom bij hen, terwijl zij aten.

9. Toen zeiden zij tot hem: Waar is uw vrouw Sara? En hij zeide: Daar, in de tent.

10. En Hij zeide: Voorzeker zal Ik over een jaar tot u wederkeren, en dan zal uw vrouw Sara een zoon hebben. En Sara luisterde bij de ingang der tent, die zich achter Hem bevond.