NBG-vertaling 1951

Ezra 2:22-30 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

22. de mannen van Netofa: zesenvijftig;

23. de mannen van Anatot: honderd achtentwintig;

24. de zonen van Azmawet: tweeënveertig;

25. de zonen van Kirjat-Arim, Kefira en Beërot: zevenhonderd drieënveertig;

26. de zonen van Rama en Geba: zeshonderd eenentwintig;

27. de mannen van Mikmas: honderd tweeëntwintig;

28. de mannen van Betel en Ai: tweehonderd drieëntwintig;

29. de zonen van Nebo: tweeënvijftig;

30. de zonen van Magbis: honderd zesenvijftig;