NBG-vertaling 1951

Exodus 35:4-13 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

4. Mozes zeide tot de gehele vergadering der Israëlieten: Dit is het gebod dat de Here gegeven heeft:

5. neemt van uw bezit een heffing voor de Here; ieder zal deze gewillig van hart opbrengen als heffing voor de Here, goud, zilver, koper;

6. blauwpurper, roodpurper, scharlaken, fijn linnen, geitehaar;

7. roodgeverfde ramsvellen, tachasvellen, acaciahout;

8. olie voor het licht, specerijen voor de zalfolie en voor het welriekend reukwerk;

9. chrysopraasstenen en vulstenen voor de efod en voor het borstschild.

10. Allen die onder u kunstvaardig zijn, zullen komen maken al wat de Here geboden heeft;

11. de tabernakel, zijn tent en zijn dekkleed, zijn haken en zijn planken, zijn dwarsbalken, zijn pilaren en zijn voetstukken;

12. de ark met haar draagstokken, het verzoendeksel en het voorhangsel ter bedekking;

13. de tafel met haar draagstokken, al haar toebehoren en het toonbrood;