NBG-vertaling 1951

Deuteronomium 26:7-10 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

7. riepen wij tot de Here, de God van onze vaderen, en de Here hoorde onze stem en zag onze ellende, moeite en verdrukking.

8. Toen leidde ons de Here uit Egypte met een sterke hand, een uitgestrekte arm en grote verschrikking, door tekenen en wonderen;

9. Hij bracht ons naar deze plaats en gaf ons dit land, een land, vloeiende van melk en honig.

10. En nu, zie, ik breng de eerstelingen van de vrucht van het land, dat Gij, Here mij gegeven hebt.Gij zult ze neerzetten voor het aangezicht van de Here, uw God; gij zult u voor het aangezicht van de Here, uw God, neerbuigen,