NBG-vertaling 1951

2 Koningen 25:12-15 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

12. Slechts enige van de armen van het land liet de bevelhebber van de lijfwacht achterblijven als wijngaardeniers en als landbouwers.

13. Voorts braken de Chaldeeën de koperen zuilen die in het huis des Heren waren, aan stukken, alsmede de onderstellen en de koperen zee die in het huis des Heren waren; en zij voerden het koper daarvan naar Babel.

14. Ook de potten, de scheppen, de messen, de schalen en al het koperen gereedschap, waarmede men de dienst verrichtte, namen zij mee.

15. En de vuurpannen, de sprengbekkens, al wat van goud en van zilver was, nam de bevelhebber van de lijfwacht mee.