NBG-vertaling 1951

1 Kronieken 27:9-15 NBG-vertaling 1951 (NBG51)

9. De zesde, voor de zesde maand, was Ira, de zoon van de Tekoïet Ikkes; tot zijn afdeling behoorden vierentwintigduizend man.

10. De zevende, voor de zevende maand, was de Peloniet Cheles, uit de Efraïmieten; tot zijn afdeling behoorden vierenentwintigduizend man.

11. De achtste, voor de achtste maand, was de Chusatiet Sibbekai, van de Zarchieten; tot zijn afdeling behoorden vierentwintigduizend man.

12. De negende, voor de negende maand, was de Antotiet Abiëzer, van de Benjaminieten; tot zijn afdeling behoorden vierentwintigduizend man.

13. De tiende, voor de tiende maand, was de Netofatiet Maharai, van de Zarchieten; tot zijn afdeling behoorden vierentwintigduizend man.

14. De elfde, voor de elfde maand, was de Piratoniet Benaja, van de Efraïmieten; tot zijn afdeling behoorden vierentwintigduizend man.

15. De twaalfde, voor de twaalfde maand, was de Netofatiet Cheldai, die afstamde van Otniël; tot zijn afdeling behoorden vierentwintigduizend man.