Het Boek

Numeri 32:34-36-40 Het Boek (HTB)

34-36. De stam van Gad bouwde de volgende steden: Dibon, Atarot, Aroër, Atrot-Sofan, Jazer, Jogbeha, Bet-Nimra en Bet-Haran. Dit waren ommuurde steden met schaapskooien.

37-38. De stam van Ruben bouwde de steden Chesbon, Elale, Kirjataïm, Nebo, Baäl-Meon, Musabboth-Sem en Sibma. Later gaven de Israëlieten deze steden, die zij eerst hadden veroverd en verwoest, andere namen.

39. En de familie van Machir, een deel van de stam Manasse, trok naar Gilead en veroverde het. Zij verdreven de Amorieten die daar woonden.

40. Daarom gaf Mozes Gilead aan de Machirieten en zij vestigden zich daar.