Het Boek

Numeri 3:1-4 Het Boek (HTB)

1. Op het moment dat de Here met Mozes sprak op de berg Sinaï,

2. had Aäron de volgende zonen: Nadab, de oudste, Abihu, Eleazar en Itamar.

3. Zij waren allemaal tot priester gezalfd en zo afgezonderd om dienst te doen in de tabernakel.

4. Maar Nadab en Abihu stierven in de woestijn van de Sinaï toen zij bij het altaar van de Here onheilig vuur gebruikten. Omdat Nadab en Abihu geen kinderen achterlieten, waren alleen Eleazar en Itamar overgebleven om hun vader Aäron te assisteren in de tabernakel.