Het Boek

Mattheüs 11:1-8 Het Boek (HTB)

1. Nadat Jezus zijn twaalf leerlingen had gezegd wat zij moesten doen, ging Hij weg om in verschillende steden het goede nieuws te brengen.

2. Johannes de Doper, die nu in de gevangenis zat, hoorde wat de Christus allemaal deed. Daarom stuurde hij zijn leerlingen naar Hem toe met de vraag:

3. ‘Jezus, bent U het op wie wij hebben gewacht? Of moeten wij uitkijken naar iemand anders?’

4. Jezus antwoordde: ‘Ga terug naar Johannes en vertel hem wat jullie horen en zien:

5. blinden zijn gaan zien en verlamden lopen weer, melaatsen zijn genezen en doven kunnen nu horen, doden zijn weer levend gemaakt en arme mensen horen het goede nieuws.

6. Gelukkig is degene die in Mij blijft geloven.’

7. Toen de leerlingen van Johannes weggingen, zei Jezus tegen de mensen die om Hem heen stonden: ‘U bent in de woestijn geweest om Johannes te zien. Wat dacht u eigenlijk van hem? Dat hij een riet was dat wuift in de wind?

8. Of dacht u iemand met dure kleren te zullen zien, zoals aan het hof van een koning?