Het Boek

Leviticus 7:20-24 Het Boek (HTB)

20. Iedere priester die onrein is, maar toch van het dankoffer eet, zal uit zijn volk worden verstoten. Het offer is van de Here en dus heilig.

21. Ieder die iets aanraakt wat onrein is, hetzij van een mens, hetzij van een dier en daarna van het vredeoffer eet, zal uit zijn volk worden verstoten. Hij heeft iets heiligs dat van de Here is, onteerd.’

22. Verder zei de Here tegen Mozes:

23. ‘Zeg de Israëlieten dat zij nooit vet eten of het nu van runderen, geiten of schapen is.

24. Het vet van een dier dat aan een ziekte sterft of door een wild dier wordt gedood, mag voor andere doeleinden worden gebruikt, maar niet worden gegeten.