Het Boek

Johannes 1:41-50 Het Boek (HTB)

41. Hij ontmoette zijn broer Simon en zei tegen hem: ‘Wij hebben de Messias gevonden.’ Messias betekent Christus, Gezalfde.

42. En hij bracht Simon bij Jezus. Jezus keek Simon aan en zei: ‘Jij bent Simon, de zoon van Johannes. Jij krijgt een andere naam, Ik noem je voortaan Kefas.’ Kefas betekent Petrus, rots.

43. De volgende dag besloot Jezus naar Galilea te gaan. Onderweg ontmoette Hij Filippus. ‘Kom,’ zei Hij, ‘ga met Mij mee.’

44. Filippus kwam, net als Andreas en Petrus, uit Betsaïda.

45. Filippus ging naar Natanaël en zei tegen hem: ‘Wij hebben degene gevonden over wie Mozes en de profeten hebben geschreven. Hij heet Jezus en is de zoon van een zekere Jozef uit Nazareth.’

46. ‘Uit Nazareth? Kan daar iets goeds vandaan komen?’ zei Natanaël. ‘Kom maar mee,’ antwoordde Filippus, ‘dan kun je Hem zien.’

47. Toen Jezus Natanaël zag aankomen, zei Hij: ‘Kijk, een eerlijke, oprechte man, een echte Israëliet!’

48. ‘Kent U mij dan?’ vroeg Natanaël verbaasd. Jezus antwoordde: ‘Voordat Filippus je vroeg mee te gaan, zag Ik je al onder de vijgeboom zitten.’

49. ‘Meester,’ zei Natanaël, ‘U bent de Zoon van God! De koning van Israël!’

50. Jezus antwoordde: ‘Dat geloof je omdat Ik zei dat Ik je onder de vijgeboom zag zitten? Je zult nog grotere daden zien!