Het Boek

Job 39:9-16 Het Boek (HTB)

9. Ik heb hun een leefgebied gegeven in de wildernis en de zoutvlakten.

10. Want zij lachen om het lawaai van de stad en het geschreeuw van drijvers.

11. De bergweiden zijn hun grasland, daar zoeken zij naar groene blaadjes.

12. Zal de wilde stier u willen dienen? Zal hij 's nachts bij uw voerbak blijven staan?

13. Kunt u de stier voor het ploegen gebruiken? Zal hij de eg voor u trekken?

14. Zult u op hem vertrouwen omdat hij zo sterk is? Zult u hem zelf laten uitmaken waar hij werkt?

15. Kunt u hem gebruiken om uw graan binnen te brengen naar de dorsvloer?

16. De struisvogel klapt vrolijk met haar vleugels, maar met haar slagpennen en veren is zij nog geen ooievaar.