Het Boek

Genesis 34:13-27 Het Boek (HTB)

13. Toen logen haar broers tegen Sichem en Chamor, vanwege de schande die Sichem hun zuster had bezorgd.

14. ‘Dat kunnen wij niet doen,’ zeiden ze, ‘want u bent niet besneden. Het zou een schande voor haar zijn met zo'n man te trouwen.

15. De enige mogelijkheid is dat alle mannen uit uw stad zich laten besnijden.

16. Dan kunnen wij onderling huwelijken sluiten en hier wonen. Zo kunnen wij één volk worden.

17. Als dat niet kan, vertrekken wij en nemen haar mee.’

18. Chamor en Sichem stemden blij toe

19. en maakten er snel werk van. Sichem was helemaal weg van Dina en dacht dat de mannen van de stad zich wel met het idee van een besnijdenis konden verzoenen, want hij was een geacht en populair man.

20. Zo legden Chamor en Sichem het plan voor aan de mannen van de stad.

21. ‘Die mannen zijn onze vrienden,’ zeiden zij. ‘Laten wij hun vragen hier bij ons te wonen en hun werk te doen. Het land is groot genoeg voor ons allen en wij kunnen dan onderling huwelijken sluiten.

22. Ze stellen echter één voorwaarde om hier te blijven: wij moeten ons allemaal laten besnijden, net zoals zij.

23. Als we dat doen, is al hun bezit ook het onze. Laten we akkoord gaan, zodat zij zich hier vestigen.’

24. De mannen van de stad stemden in met het voorstel en iedereen werd besneden.

25. Maar drie dagen later, toen de wonden elke beweging tot een marteling maakten, namen twee broers van Dina, Simeon en Levi, hun zwaard, gingen de stad in en doodden, zonder op tegenstand te stuiten, alle mannen, ook Chamor en Sichem.

26. Zij bevrijdden Dina uit het huis van Sichem en keerden naar hun kamp terug.

27. Daarna gingen al Jakobs zonen de stad in en plunderden haar, omdat hun zuster daar was onteerd.